Schuldpositie kleine Nederlandse bedrijven voor verbetering vatbaar

De schuldpositie bij Nederlandse bedrijven is gunstig ten opzichte van andere landen. Uit onderzoek van het Centraal Plan Bureau blijkt dat de schulden in absolute zin toe- en in relatieve zin afnemen. Bij kleine bedrijven is dit voordeel echter veel minder groot.

Volgens Joop de Vries, docent bij NIVE Opleidingen, ondernemen kleine bedrijven te weinig om hun schuldpositie te verbeteren. Terwijl de mogelijkheden er zeker zijn.

Economische groei en ondernemersoptimisme

Een toename van het schuldenniveau in absolute zin betekent dat het goed gaat in het Nederlandse bedrijfsleven, legt De Vries uit. ‘Bedrijven investeren meer op het gebied van uitbreiding, acquisitie en overname. Dit impliceert enerzijds ondernemersoptimisme en anderzijds economische groei en een toename van de lopende rekening van de betalingsbalans.’ Een belangrijke factor stimulans daarbij is de lage rentestand die de schuldendienst (jaarlijkse aflossing en rentebetalingen) op korte termijn beheersbaar houdt.

Daarnaast neemt het aandeel van het eigen vermogen sterker toe dan het kostendragend vreemd vermogen. Dat betekent dat aandeelhouders in algemene zin bereid zijn tot grotere winstinhoudingen en dat er succesvollere emissies zijn die de positie van het eigen vermogen ten opzichte van het vreemd vermogen versterken. Hierdoor verbeteren belangrijke ratio’s zoals de financiële hefboom (debt/equity ratio), de solvabiliteitsratio en de Debt Service Coverage Ratio (DSCR).

Mogelijkheden kleine bedrijven

Voor kleinere bedrijven steekt de omvang van het aangewende kostendragend, vreemd vermogen ongunstig af tegen die van de grote corporates en multinationals. Volgens De Vries maken kleine bedrijven onvoldoende gebruik van de mogelijkheden achterstanden te compenseren en daarmee hun bancaire schuldenpositie te verbeteren.

‘Deze mogelijkheden liggen bijvoorbeeld bij de alternatieve, niet-bancaire  financiering’, aldus De Vries. ‘Te denken valt aan crowd funding, Qredits, kredietunies en niet-bancaire onderhandse leningen. Andere mogelijkheden zijn desinvestering van losse activa,  intensieve of geïnduceerde financiering, en reverse factoring. Daarnaast zijn ook financiële participatie, private equity-financiering en gebruikmaking van NPEX-middelen om de bancaire schuldenlast te verlagen.’

Joop de Vries is docent Financieel Management bij NIVE Opleidingen voor onder andere de opleidingen Cash Management en Professional Controller.